Stijlflexibiliteit: welke stijl zet jij in om effectief te communiceren?
‘Stijlflexibiliteit’, je hebt het misschien wel eens voorbij zien komen. Bij Bureau Zuidema is dit een geliefde term. Het zorgt namelijk voor ‘interpersoonlijke effectiviteit’: betere communicatie en soepelere samenwerking. Maar wat betekent het eigenlijk? En waarom heb je het nodig?

Stijlflexibiliteit, wat is dat eigenlijk?
Stijlflexibiliteit is de vaardigheid om specifiek gedrag te vertonen waar de situatie om vraagt. Door je communicatie en gedrag af te stemmen op de ander en jullie context, kun jij sneller je doelen bereiken op een prettige manier.
Ben je wel eens in een vergadering geweest waar argumenten over en weer worden gegooid, maar eigenlijk niemand mee wil met het voorstel van de ander? Waar alle zinnen beginnen met ‘Ja, maar…’? En iedereen vooral bezig is met zijn of haar eigen standpunt en niet met luisteren? Een typisch voorbeeld van ineffectieve communicatie, dat we vaak tegenkomen.
Met maar één communicatiestijl, bijvoorbeeld argumenteren, is het moeilijk om je doel te bereiken. Om anderen mee te krijgen en daarmee jouw doelen op een effectieve én positieve manier te behalen, moet je ook openstaan voor het perspectief van de ander. Dat betekent het inzetten van een andere stijl, zoals actief samenvatten en doorvragen. Oftewel: je schakelt flexibel van de ene naar de andere communicatiestijl.
Flexibel communiceren, is dat echt nodig?
Denk je nu ‘Klink leuk hoor, stijlflexibiliteit, maar dat heb ik toch helemaal niet nodig?’ Dan heb je deels gelijk. Je kunt met één stijl best een heel eind komen. Zeker wanneer er één stijl wordt aangemoedigd binnen jouw omgeving en dat een stijl is die goed bij je past.
Zo moet je in een adviserende functie je argumenten heel goed uitleggen, in een sociaal beroep moet je de ander centraal stellen en als leidinggevende moet je juist verbinden en inspireren. De context vraagt dan om bepaald gedrag.
Toch heb je meer positieve invloed als je verschillende stijlen kunt inzetten. Het probleem van maar één stijl hanteren is namelijk dat dit niet meer effectief is als de situatie complexer wordt of de ander niet direct met jou mee wil. Zoals in het voorbeeld van de vergadering hierboven: als er niet wordt geluisterd naar wat je vertelt, dan helpt jezelf nog een keer herhalen je echt niet verder.
Welke stijlen zijn er allemaal?
Als je googelt naar ‘communiceren’ en ‘interpersoonlijke effectiviteit’ vliegen de theorieën, modellen en trainingen je om de oren. Omdat communiceren iets is wat we allemaal, iedere dag doen, zijn er inmiddels ook een heleboel manieren om dit beter te begrijpen.
Als je goed kunt switchen tussen de stijlen bereik je niet alleen sneller je eigen doel, je versterkt ook de band tussen jou en je collega.
Bij Bureau Zuidema gebruiken we hiervoor het Invloedmodel®. Harvard professoren David Berlew & Roger Harrison omschreven in de jaren ’70 vier communicatie stijlen. Deze stijlen hebben ze in kaart gebracht op basis van duizenden waarnemingen van menselijk gedrag. Om écht effectief te zijn, concludeerden zij, moet je kunnen wisselen in deze vier stijlen:
- “Overreden”: de stijl van de denkkracht. Met overreden doe je voorstellen, die je ondersteunt met argumenten.
- “Stellen”: de stijl van de wilskracht. Met stellen geef je je grenzen aan en maak je duidelijk kenbaar wat je verwacht van de ander.
- “Overbruggen”: de stijl van de voelkracht. Met overbruggen zet je de ander centraal en heb je aandacht voor het perspectief en de emotie van de ander.
- “Inspireren”: de stijl van de geloofskracht. Met inspireren koppel je mensen aan elkaar en creëer je gezamenlijk enthousiasme en energie.
Iedere stijl heeft een eigen onderliggende intentie. Met een andere intentie kun je een ander doel bereiken: bijvoorbeeld een ander beter begrijpen of juist duidelijk uitleggen wat je eigenlijk wilt van een ander. Op die manier kunnen jullie op de lange termijn samen méér bereiken.
Stijlflexibiliteit kun je leren
Eerder kwam al naar voren dat bepaalde context bepaald gedrag aanmoedigt. Waarschijnlijk zet je één specifieke stijl veel meer in dan de andere. Gelukkig kun je alle andere communicatiestijlen wel leren! Alle stijlen zitten namelijk vanaf je geboorte al in je.
Denk maar eens in: kinderen zijn doorgaans heel flexibel in het inzetten van verschillende stijlen. Zo kunnen ze vol enthousiasme verhalen vertellen, maar van het één op het andere moment omslaan en heel duidelijk laten merken dat ze iets niet willen. Omdat bepaald gedrag wordt geremd of juist gecultiveerd, blijven wij als volwassen vaak teruggrijpen op die ene stijl die het beste past in onze vaste omgeving.
Communiceren, of je eigen manier van doen, lijkt daarom een automatisme. Toch is gedrag, in de vorm van communicatiestijlen, ook een keuze. Je wordt invloedrijker als je bewust kunt kiezen welke stijl je gaat helpen bij het bereiken van je doel. Dat kan in veel gevallen ook je voorkeursstijl zijn. Maar die stijl maakt je niet per sé effectief; je bent effectief omdat die stijl goed past bij het doel dat je wil bereiken. In een andere context heb je ook een nieuwe strategie nodig om je doel te behalen.
Communicatiestijlen leren bij Bureau Zuidema
Dat je met het flexibel inzetten van gedrag en communicatiestijlen effectiever wordt, daar geloven wij heilig in. Wij kunnen je leren hoe, wat, waar en wanneer je welke stijl kunt inzetten. Samen met jou kijken we naar je doel en stippelen we de beste strategie uit om daar te komen. Daarnaast leren wij je ook hoe je die strategie het beste kunt uitvoeren. Dat is in grote mate een kwestie van doen, maar ook feedback verzamelen over wanneer je wel en niet effectief bent, staat centraal. Meer weten? Maak onze Invloedtest om te testen welke stijl jij het meeste inzet.